Week van Gebed 2009: Inleiding op het bijbelse thema

De gebedsweek voor de eenheid onder de Christenen 2009  is gemaakt door de christenen in Korea. Vanzelfsprekend sluiten ze aan bij de ervaringen van de kerken in hun eigen land. Korea kenmerkt zich de laatste decennia door een scheiding tussen noord en zuid. De kerken herkennen hun eigen situatie met de situatie zoals die bekend is uit Israël ten tijde van de profeet Ezechiël. Deze profeet leefde ook in een tragisch verdeeld land en hij verlangde naar eenheid voor zijn volk.

Ezechiël, die zowel profeet als priester was, werd door God geroepen toen hij dertig jaar oud was. Hij werkte in de jaren 594 tot 571 v.Chr. en hij stond sterk onder de invloed van de religieuze en politieke hervormingen die koning Josia had geïntroduceerd in 621 v.Chr. Koning Josia had geprobeerd om de verwoestende  erfenis van de eerdere Assyrische overwinning op Juda ongedaan te maken. Hij maakte wetten die de dienst van de God van Israël moesten herstellen.

Het godsdienstige klimaat in Israël kantelde, toen Josia omkwam in een veldslag. Zijn zoon koning Jojakim volgde hem op en zette een andere religieuze en politieke koers uit. Hij sloot zich aan bij Egypte. De dienst aan diverse goden bloeide op. Profeten die de moed hadden om Jojakim te bekritiseren werden wreed onderdrukt. Uria werd geëxecuteerd en Jeremia werd verbannen.  Na de inval van Babylonië en de verwoesting van de tempel in 587 v.Chr. werden de leiders  en de vakmensen van de bevolking gevangen genomen en naar Babylon gevoerd. De jonge Ezechiël was een van hen. Daar bekritiseerde Ezechiël, net als Jeremia, de zogenaamde profeten die hoop predikten, niet gebaseerd op realisme. Daardoor hadden onheilpredikers als Ezechiël en Jeremia te lijden onder vijandschap en afkeer van de andere verbannen Israëlieten.

In dit lijden echter groeide de liefde van Ezechiël voor zijn volk. Hij bekritiseerde de leiders die handelden tegen de geboden van God en hij trachtte de mensen terug te voeren naar God. Hij benadrukte daarbij Gods trouw aan het verbond en de solidariteit met het volk. Ezechiël ging niet wanhopen in deze hopeloze situatie. Hij preekte een boodschap van hoop: Gods principiële bedoeling voor vernieuwing en eenheid van zijn volk zou toch worden gerealiseerd. Ezechiël werd bij zijn pogingen bemoedigd door visioenen. Ezechiël 37 noemt er twee. Het eerste bekende visioen was het dal met de dorre beenderen, die door een daad van Gods Geest teruggebracht werden van dood naar leven (Ezechiël 37: 15 – 23).

Het materiaal voor de gebedsweek voor 2009 is gebaseerd op het tweede visioen waarin twee houten stokken voorkomen als symbool van de verdeelde status van Israël in die tijd. De namen van de stammen in elk van de gescheiden koninkrijken (tien van de oorspronkelijke stammen in het noorden en twee stammen in het zuiden) zijn op de stukken hout geschreven. Ze worden dan weer samen gebracht en als een geheel gepresenteerd (Ezechiël 37:15-23).

Volgens Ezechiël toonde de verdeeldheid van het volk, de zonde en de verwijdering van God. De twee stammengroepen kunnen weer  één volk worden als ze hun zonden afzweren, zich bekeren en zich tot God  keren. Het is uiteindelijk God zelf die zijn volk verenigt door het te zuiveren, te vernieuwen en te bevrijden van de gescheidenheid. In het oog van Ezechiël is deze vereniging niet zomaar het samenkomen van twee groepen die eerst waren verdeeld; het is eerder een nieuwe schepping, de geboorte van een nieuw volk. Het is een teken van hoop voor andere volken en in feite voor heel de mensheid.

Het thema van hoop komt ook in andere teksten naar voren. Het is begrijpelijk dat dergelijke teksten populair zijn in Korea. Neem Openbaring 21, 3-4. Johannes verwijst daar naar de zuivering van Gods volk. De tekst maakt duidelijk dat vrede, verzoening en eenheid gevonden worden daar waar God  aanwezig is: ‘Gods woonplaats is onder de mensen, hij zal bij hen wonen. Zij zullen zijn volken zijn en God zelf zal als hun God bij hen zijn. Hij zal alle tranen uit hun ogen wissen. Er zal geen dood meer zijn, geen rouw, geen jammerklacht, geen pijn’.

De Koreaanse kerken zijn geïnspireerd door eenheid als bijbels thema. Ze herkennen eenheid als de bedoeling van God voor zijn volk, eenheid als gave van God die om bekering en vernieuwing vraagt, eenheid als nieuwe schepping en de hoop dat Gods volk ooit één mag zijn. De kerken bieden dit materiaal aan voor de week van gebed in 2009. 

De gedachte van een hereniging van noordrijk (Israël, Efraïm) en het zuidrijk (Juda) vindt men op veel plaatsen in de bijbel. We noemen een aantal voorbeelden:
Jesaja: 11, 12+13; 46,13; 49,6
Jeremia: 3,18; 30,3; 31, 23.27.31; 31, 6; 33, 7.14; 50,4.33; 51,5
Hosea: 1, 11
Zacharia: 8, 13; 9,13; 10, 6
Ezechiël: 37, 15-28 ; 47, 13
Micha: 2, 12
Psalmen: 14,7; 53,6; 60,7; 76,1; 108,8; 149,2
Hebreeën : 8,8
Openbaring : 7,4