Vluchtelingen blijven we steunen

Een taai en hardnekkig probleem waar niets meer eenvoudig blijkt te zijn, zo schetste Ineke Bakker voor de verzamelde leden van de plenaire Raad van Kerken de thematiek van de asielzoekers en vluchtelingen in ons land. Woensdag 10 april vergaderde de Raad over de eigen motivatie voor het omgaan met deze groepen. Van oudsher bekommeren veel kerken zich over de opvang van vluchtelingen en asielzoekers, waarbij zeker het kerkasiel afgelopen winter in de Haagse Bethelkapel in het oog springt.

Voor de lidkerken van de Raad is er een basisdocument uit 2010 waarin staat beschreven hoe op grond van theologische reflecties, christelijke ethiek en kerkelijk handelen kerken ertoe komen zich met vluchtelingen en asielzoekers bij te staan. Nu is het tijd om opnieuw te kijken naar die uitgangspunten, zodat als mensen in de kerk bevraagd worden over het waarom van al dat werken met en voor vluchtelingen, de inhoud van dit document gebruikt kan worden on het gesprek te voeren.

Een breed samengestelde reflectiegroep onderzocht of de kerken nog op het goede spoor zitten en hoe kerken in een vluchtelingenprobleem met steeds scherpere tegenstellingen de moed kunnen bewaren om door te gaan met de dingen die nodig zijn. ‘Doen we het nog goed, is een herijking van het werk van de Raad nodig?’, zo formuleerde Ineke Bakker als lid van de reflectiegroep de opdracht. Nu is Bakker directeur van Stek, de Stichting voor Stad en Kerk in Den Haag, maar toen zij in 1997 nog secretaris was van de Raad van Kerken organiseerde zij een tentenkamp voor 20 asielzoekers in het Drentse Dwingeloo om de problemen zichtbaar te maken.

De afgevaardigden van de lidkerken toonden zich verheugd met de herijking van het basisdocument, want elke lidkerk heeft bemoeienis met vluchtelingen en asielzoekers. Afgevaardigde Van der Voort van de Russisch Orthodoxe Kerk in ons land, hoopt dat het nieuwe document hem handvatten reikt om asielzoekers zonder documenten bij te staan. Hij wees op het taaie werk om deze mensen bij te staan en hekelde de Nederlandse overheid die een methode van werken heeft waaruit geen respect blijkt voor vluchtelingen en asielzoekers in ons land. ‘Het is soms godgeklaagd hoe de Nederlandse staat faalt bij de opvang van deze mensen’, zo meent Van der Voort. Andere afgevaardigden, die willen dat de Raad geloofsgemeenschappen ook kan coachen bij de hulp aan vluchtelingen, wezen op de spanning tussen vluchtelingen van christelijke en islamitische komaf in de vluchtelingenopvang in ons land, maar waren overwegend zeer verheugd met het fundamentele document dat lokale kerken tot steun kan zijn. Als het gaat over het asielbeleid van de Nederlandse overheid heeft een delegatie van Raad van Kerken begin maart zijn zorgen over dat beleid geuit bij de Commissie Van Zwol die in opdracht van staatssecretaris Harbers het Nederlandse asielbeleid tegen het licht houdt. Zo wil de Raad bijvoorbeeld een cultuuromslag bij de Immigratie en Naturalisatiedienst (IND) en de Dienst Terugkeer en Vertrek (DTV) waarbij mensenrechten meer centraal komen te staan, zou de lengte van de procedures verkort moeten worden, en de zorgvuldigheid bij de beoordeling versterkt.

Ineke Bakker gaf toe dat de houding van de Nederlandse overheid voor de kerken soms moeilijk is. Het Haagse kerkasiel van afgelopen maanden in de Bethelkapel leerde dat opsporingsdiensten als Dienst Terugkeer en Vertrek, er niet voor terugdeinzen om uitgeprocedeerden uit een kerk weg te halen, maar dat de overheid geen inval zal doen tijdens een kerkdienst.

Uit de discussie bleek dat de Raad van oordeel is dat aan vluchtelingen die in de Nederland worden opgevangen al in de AZC ’s duidelijk moet worden gemaakt dat mensen, of ze nu christen of moslim zijn, in Nederland vrij zij om hun godsdienst te belijden.

In het reflectierapport vragen de kerken ook aandacht voor Nederlanders die het moeilijk hebben met de opvang van vluchtelingen. Het is de intentie van de kerken om trouw te zijn aan álle mensen, zo staat in het rapport, en dat betekent dat er ook aandacht is voor Nederlanders die vrezen dat de komst van vluchtelingen hun achterstelling vergroot. Afgevaardigde Van Hal van het Leger des Heils wees nog op het probleem waar de kerken al over in beraad zijn, hoe ook de overheid om moet gaan met vluchtelingen die zich tot het christendom willen bekeren en daarom asiel aanvragen. Als voorbeeld werd genoemd dat een asielzoeker die zich als bekeerling meldde, door de IND werd gevraagd de namen van de 12 apostelen op te noemen, toen dat niet lukte werd het verzoek om asiel afgewezen. Vicevoorzitter Kees Niewerth van de Raad vatte de discussie zo samen: de afgevaardigden stemmen van harte in met het rapport, zijn verheugd met de Bijbelse en theologische reflectie, en willen dat het rapport geschikt wordt gemaakt om mensen in kerken en parochies te steunen in hun werk voor vluchtelingen en asielzoekers.

Op tafel ook het rapport ‘The Church’ van de Wereldraad, het derde hoofdstuk over de gave van het gezag en het ambt van het toezicht. Hoe denken de kerken daar zoal over? Margriet Gosker wees er vanuit de beraadgroep Geloven en kerkelijke gemeenschap op dat ‘het gezag in een kerk van binnenuit komt en tot niets mag dwingen’ en ‘gezag in de kerk moet altijd in collegialiteit uitgeoefend worden’. In de discussie werd benadrukt dat in de kerk alleen sprake kan zijn van ‘dienend’ gezag, dat mensen in de kerk alleen gezag kunnen hebben op basis van de roeping als lid van het volk van God. De Raadsleden waren het wel eens dat binnen de kerken toezicht nodig is, maar zo werd het verwoord, daarbij moeten we niet denken aan opzicht of toezicht maar gaat het vooral over het goed omzien naar elkaar. Voor een andere afgevaardigden heeft het toezicht alles te maken met het herderschap, dat geeft de verbondenheid aan, maar een herder kan ook liefdevol of streng optreden. En als het gaat over het toezicht, durven we dan nog te spreken over de tucht, over excommunicatie, vroeg een afgevaardigde zich af. Die discussie kwam niet op gang. Namens de kerk moet soms ook opgetreden worden op gezag van de roeping en het ambt van het toezicht sprak een afgevaardigde en bij dat antwoord bleef het.

Op deze 10e april, in de tijden van Brexit-verwarring vroeg afgevaardigde Korff van de Anglicaanse Kerk in ons land de lidkerken om hen in hun voorbeden te gedenken. ‘De onzekerheid onder mensen die ermee te maken krijgen is erg groot’, aldus Korff.

Teun-Jan Tabak: tekst en foto’s