Olijfbomenprogramma houdt hoop levend

Een delegatie van de Raad van Kerken is van 14 tot 21 november in Israël en Palestina voor ontmoetingen met vertegenwoordigers van kerken en kerkelijke organisaties. De reis gebeurt op uitnodiging van kerken in Israël en Palestina, die in 2019 een bezoek aan de Raad van Kerken in Nederland brachten. De delegatie van de Raad bestaat uit de volgende personen: Geert van Dartel, ds. Christien Crouwel, dr. Rene de Reuver, ir. Kees Nieuwerth en pater Roland Putman ofm.

De laatste stop voor we weer naar huis gaan voert naar het kantoor van YMCA East Jerusalem in Beit Sahour. Nidal AbuZuluf, programma-directeur, ontvangt ons in zijn kantoor om een presentatie te geven van het olijfbomenprogramma. De Nederlandse tak van YMCA is met 25.000 tot 30.000 bomen per jaar een van de grootste donoren. Ook oud-premier Dries van Agt was hier om een boom te planten. 

Het olijfbomenprogramma is meer dan liefdadigheid en ook meer dan een economische investering in de Palestijnse landbouw. De Palestijnse regio’s B en C vallen onder de militaire wetgeving. Een van de bepalingen is dat braakliggend land toevalt aan de staat. Een extra hindernis voor Palestijnen is dat zij vaak niet of nauwelijks hun land kunnen bereiken. Het olijfbomenprogramma voorkomt dat het land braak komt te liggen en daarmee confiscatie. 

Het planten van een boom kost 20 dollar. Alle geplante bomen zijn via een gps-systeem te zien, zodat de eigenaar van de boom de staat en groei kan volgen, maar het is ook van belang in geval van calamiteiten of aanvallen van kolonisten. 

De bomen worden ingekocht bij lokale kwekerijen. Sinds de start van het programma in 2002 zijn er al meer dan 250.000 bomen geplant. Zo’n 3.000 families kunnen zich dankzij dit programma in hun levensonderhoud voorzien. 

Het olijfbomenprogramma wordt internationaal gesteund door ongeveer 35 organisaties en door 170.000 particulieren. Dit is een belangrijke steun voor Palestina. Van oktober tot eind november helpen vrijwilligers uit binnen- en en buitenland mee met het binnenhalen van de oogst. De vrijwilligers overnachten in hotels of bij mensen thuis, wat voor velen een bijzondere ervaring is.

Alternatief toerisme

De YMCA houdt zich ook bezig alternatieve vormen van toerisme die tot doel hebben reizigers inzicht te geven in de leefomstandigheden van de Palestijnse bevolking en de problemen waarmee Palestijnen te maken hebben. Jaarlijks begeleidt YMCA ongeveer 20 delegaties van kerken en organisaties. 

Juist vandaag wordt in het Golden Park Hotel in Beit Sahour hierover een conferentie gehouden. We doen deze conferentie nog even aan en luisteren naar enkele bijdragen over alternatief toerisme in Palestina en de rol van de kerken. 

Toerisme is hier big business. Jaarlijks komen miljoenen mensen naar Israël en Palestina. De programma’s van de reisorganisaties zijn er echter niet op gericht om mensen inzicht te geven in de werkelijke problemen van dit land. Veelal spreekt men ook alleen van Israëlreizen, zelfs als ze naar de steden in Palestina zoals Bethlehem, Hebron en Jericho gaan. Palestina lijkt bewust buiten beeld gehouden te worden. 

De Alternative Tourism Group – Study Center, dat nu 25 jaar bestaat, heeft in het verleden een handreiking uitgegeven voor pelgrimages naar Israël en Palestina. Volgens Rifat Kassis heeft de Custodie van het Heilig land hiervan afstand genomen, met als argument dat pelgrims niet naar het Heilig Land komen om zich te verdiepen in de politieke problemen. 

Dat is misschien ook wel zo. Maar voor studiereizen van kerkleiders, predikanten, priesters en theologiestudenten, is zo’n alternatieve reis, of beter gezegd pelgrimage, zeer interessant en belangrijk, zoals wijzelf hebben ervaren. We zijn hier gekomen, hebben belangrijke zaken gezien. Het is nu aan ons om erop uit te gaan en anderen erover te vertellen.

Geert van Dartel