Veranderingen in Irak

‘We hebben 2000 euro per student nodig. Dat is voor eten, leven, internet. Als we de studenten naar Europa sturen, zijn we veel duurder uit. We moeten ook uw land beschermen tegen een massale migratie. En het is economisch beter dat de studenten in Irak een opleiding volgen en in Irak blijven. Daarom willen we investeren in het onderwijs. Het is een investering in de toekomst van ons land’.

Aartsbisschop Mirkis van Kirkuk (Irak) is deze dagen te gast in Nederland. Hij gaf maandag 13 november in Utrecht een toelichting op de situatie in zijn land en op de manier waarop hijzelf zich inzet voor de wederopbouw. Hij probeert studenten in Kirkuk een universitaire opleiding aan te bieden. Inmiddels hebben 400 meisjes en 300 jongens dankzij zijn inspanningen een studie- en slaapplek gevonden. De mensen die zich aanmelden worden alleen geplaatst als ze bereid zijn vanuit verschillende religies samen te leven. Dat gaat wonderbaarlijk goed. ‘Je ziet vooral competitie in het klaarmaken van maaltijden’, glimlacht de aartsbisschop.

Hij is hoopvol voor de toekomst. ‘Ik kijk naar Zwitserland. Daar hebben ze alleen water en bergen, geen noemenswaardige grondstoffen. Toch is dat één van de meest rijke landen ter wereld. Mijn land zit vol bodemschatten. En toch behoren wij bij de armste landen ter wereld’. Hij wil er maar mee aangeven, dat Irak qua mogelijkheden andere landen overstijgt; maar het zijn mensen met een verkeerde ideologie in hun hoofd die het klimaat verpesten. Mirkis bezocht zelf recent nog één van de steden die in de vuurlinie hebben gelegen. ‘De stad zag er uit als Hiroshima. De huizen waren volledig verwoest. Ik sprak een vrouw die bij het begin van de schermutselingen was bevallen van een baby. Het kind was nu drie jaar oud en was nog nooit in bad geweest. De vader had wel een generator voor de verwarming van water, maar durfde die niet in te zetten, omdat hij zeker wist dat Daesh (IS) het materiaal zou afnamen en ze zouden moeten vrezen voor erger. Ik kwam in de stad en zag dat de helft van de kinderen zelfs geen schoenen meer heeft’. De situatie samenvattend en kijkend naar zaal met westerse mensen in Utrecht glimlachte Mirkis: ‘U merkt: Het is niet normaal normaal te kunnen leven. Normaal kunnen leven is al een zegen’.

Er zal veel moeten worden aangepakt. Niet alleen aan stoffelijke wederopbouw, maar ook een geestelijke veranderingen. ‘In Europa heb je in 1789 met de Franse revolutie voor het individualisme gekozen en voor de democratie. Wij zullen in Irak ook voor democratie moeten kiezen en voor de handhaving van de mensenrechten. Tot nu toe is het systeem steeds gebouwd op de gemeenschap, die ontspoort in een dictatorschap’.

Drie Utrechtse parochies hebben al aangegeven dat ze de geldwerving tijdens de vastentijd volledig ten goede zullen laten komen van het studentenproject. Mogelijk dat andere denominaties daarin volgen. Het is niet eenvoudig, zo bleek ook wel bij de bijeenkomst waar Mirkis sprak, om ook grote organisaties daarin te laten participeren.

Organisaties als Pax, KerkinActie en andere omvangrijke (hulp-)organisaties werken met beleidsplannen en projectplannen en verantwoordingen. Dat kan moeilijk anders. Zij moeten zich verantwoorden aan hun sponsors en donateurs. Maar Mirkis, zelf van de Rooms-Katholieke Kerk, (en bij de Raad merk je het ook bij de Syrisch-Orthodoxe Kerk), staat in de frontlinie en dan heb je niet altijd tijd om al die rapportages en plannen zo uit te schrijven dat de mensen op een kantoor er mee uit de voeten kunnen. Mirkis is er laconiek onder geworden en hij spaart zijn gehoor door als voorbeeld de Oosterburen te kiezen: ‘Er zijn in het westen organisaties – laten we zeggen dat Duitse organisaties daar een goed voorbeeld van zijn – die willen uitvoerige rapportages op papier. Ik heb daar de tijd niet voor en kan het me niet permitteren een hele papierwinkel te ontwikkelen. Ik ben maar gewoon bisschop van een kerk, een zwaar getroffen kerk. Mijn prioriteit moet ergens anders liggen’.