Bed, Bad en Brood-locaties

Aan de regionale en lokale raden van kerken

Ter gelegenheid van vluchtelingenzondag 2017 (25 juni) schreef ds. Anne Kooi uit Brussel een nog steeds buitengewoon actuele overdenking voor de website van onze Raad. (klik hier).

Twee punten daaruit:

1. Als leerlingen van Jezus Christus zijn we de gelijken en mede-ervaringsdeskundigen van vluchtelingen. ‘Ik zend u als schapen onder de wolven’ zegt Jezus in Matteüs 9:16 tot zijn leerlingen. Ze worden gezonden als gelijken onder huns gelijken. Het zou hoogmoed zijn om te denken dat wat vluchtelingen overkomt ons nooit zou kunnen overkomen;

2. De gemeente vindt haar identiteit in haar leerling- en apostel-zijn van Jezus Christus. Als we Christus’ betekenis voor de mensen van vandaag tot ons door laten dringen, is opkomen voor de vluchtelingen een evident ‘missionaire’ opdracht. Uiteindelijk identificeert déze gezondene zichzelf radicaal met hen die onderop liggen: ‘Ik was een vreemdeling, en jullie namen me op’, zegt Jezus (Matteüs 25:35).

Als landelijke Raad krijgen we vele signalen uit plaatselijke gemeenten van inzet voor vluchtelingen zonder verblijfsdocumenten. We horen van mensen die nog niet uitgeprocedeerd zijn, maar de uitkomst van hun hoger beroep niet op een locatie van het COA mogen afwachten. We hoorden de afgelopen zomer berichten van plaatselijke ‘Bed Bad en Brood-locaties’ die overvol zitten en mensen moeten weigeren. Naast opvang is ook de begeleiding van vluchtelingen veelal ontoereikend. We hebben ook signalen gekregen van mensen die zich met hart en ziel voor deze vluchtelingen inzetten, bijvoorbeeld door opvang te regelen voor een gezin in een vakantiehuisje of bij hen thuis.

Het regeerakkoord van het nieuwe kabinet vermeldt dat er landelijk acht LVV (landelijke vreemdelingen-voorziening) locaties zullen komen, maar we hebben gegronde redenen om aan te nemen dat deze locaties niet voor alle betrokken vluchtelingen een adequate oplossing zullen bieden. Onze Raad heeft haar zorgen over het vluchtelingenbeleid verwoord in een brief aan de nieuwe minister van Justitie en Veiligheid, prof. dr. Grapperhaus, en een gesprek aangevraagd.

Als landelijke Raad van Kerken willen we u als plaatselijke Raad van harte dankzeggen voor uw inzet voor vluchtelingen in ons land, speciaal waar het gaat om de aandacht voor de meest kwetsbaren onder hen, de mensen zonder voorzieningen. We vertrouwen erop en bemoedigen u dat u, in navolging van de Gezondene die zich radicaal identificeerde met de meest kwetsbaren, zult blijven opkomen voor vluchtelingen zonder geldige verblijfspapieren, en hen terzijde zult staan. Bij uw taak wensen we u van harte Gods zegen toe.

NB: De projectgroep Vluchtelingen van de Raad zou het bijzonder op prijs stellen als u uw ervaringen met ons wilt delen.