Spiritualiteit eucharistie

De Raad van Kerken laat de verschillende spiritualiteiten rond eucharistie en avondmaal in beeld brengen. De plenaire Raad heeft woensdag 11 september gesproken over de beleving van het sacrament in diverse kerkelijke tradities. Aanleiding was een startnotitie van een kerngroep, waarin een plan van aanpak stond om de ervaringen van mensen met brood en wijn verder voor het voetlicht te brengen.

Er waren veel afgevaardigden die vanuit hun kerken een bijdrage leverden aan het gesprek. Henk van Hout concludeerde dat de Raad een focus vraagt voor de verdere bezinning op de spiritualiteiten. Het gaat dan om vragen als: Wat vieren we nu eigenlijk? Wat ontvangen we? Wat herkennen we bij elkaar? Het gaat ook om de verschillende concrete praktijken van vieringen te benoemen. Daarbij komen vragen aan de orde als: Wie gebruiken bij elk van de kerken het sacrament? Zijn kinderen welkom? Wat is de frequentie; wekelijks of komt de mogelijkheid zelden voor? Zijn er speciale kledingvoorschriften? En naar de existentiële kant: hoe leven we vanuit het sacrament? Welke diaconale en welke mystieke consequenties zijn er?

Een derde cluster van vragen gaat door op de verdieping van de bezinning. Wat staat er in de bijbelse bronnen? Kunnen we die bronnen weer ontstollen? Wat is de samenhang van woord en tafel? Welke rol spelen elementen als de vredeswens, de voorbede, de collecte? Een vierde cluster van vragen speelt rond nieuwe trends, alternatieve belevingen, nieuwe praktijken die er ontstaan. De Raad deed een soortgelijke ervaring op bij de doop. Daar bleek de betekenis van water voor vele kerken een diepere betekenis te hebben, en de symboliek van de doopgedachtenis veel prominenter op de agenda gekomen van enkele kerken. Mogelijk dat het perspectief van de verhouding tot de schepping, in toenemende mate actueel, zo’n invloed uitoefent op de beleving van eucharistie en avondmaal, suggereerde Henk van Hout.

Het moderamen en de kerngroep kregen de opdracht om nog iets nauwkeuriger te kijken naar de procesgang van de bezinning. De kerngroep had voorgesteld om alle parochies, kerken, gemeenten en raden van kerken de gelegenheid te bieden te reageren. In de vergadering kwam naar voren dat enige stroomlijning, misschien op een wat centraler niveau, de uitkomst duidelijker kan maken.

Prof. dr.  Leo Koffeman had de discussie geopend als voorzitter van de beraadgroep Geloven en kerkelijke gemeenschap en als lid van de kerngroep. Hij herinnerde aan eerdere rapporten die er zijn verschenen, zoals het Lima-rapport over doop, eucharistie en ambt; en het rapport uit 1989 ‘Maaltijd des Heren en kerkelijk ambt’, waarin de liturgische teksten van onder meer de drie Samen op Weg-kerken, de Rooms-Katholieke Kerk en de Oud-Katholieke Kerk verder geanalyseerd worden. Hoewel de rapporten een meer theologische en liturgische insteek hebben, is er toch ook sprake van ‘gestolde geloofsbeleving’. Je kan dus de vraag stellen of de nieuwe insteek via de beleving echt een kans van slagen heeft.

Hij stelde verder de vraag in hoeverre de beleving van mensen werkelijk ruimte krijgt. Gaat het om de spiritualiteit van mensen, ook als die spiritualiteit haaks staat op de theologie van een kerk?, wilde Koffeman weten. Hij verwachtte nogal wat beleving van mensen die niet direct één op één aansluit bij de Augsburgse Confessie als het om lutheranen gaat of bij de transsubstantiatieleer van de officiële Rooms-Katholieke Kerk als het om rooms-katholieke parochianen gaat.

Er kwam veel reactie vanuit de Raad. De één stelde dat de focus eenduidiger en strak zou moeten zijn. Liever meer je richten op de feitelijke communie dan vanuit de eucharistie breed uitwaaieren naar het hele leven. Een ander benadrukte de noodzaak van een goede balans tussen wat mensen geloven en wat de officiële leer is. Het komt de conclusies niet ten goede als de verkenning vooral een statistische nieuwsbrief is, waaruit blijkt dat mensen in de praktijk van alles geloven. Een ander adviseerde om als materiaal misschien wat minder richting teksten te denken en wat meer richting een filmpje.

De Evangelische Broedergemeente vertelde dat men zelf een Europees onderzoek is begonnen naar het avondmaal. Het gaat dan om praktische vragen als: gebruik je één kelk of meer bekers? Ga je per se in het wit aan het avondmaal of kan je ook een dagelijkse kloffie dragen? In hoeverre laat je kinderen toe aan het avondmaal? Daarachter staat uiteraard de beleving van het avondmaal, waarbij de praktische focus voorkomt dat men erg theoretisch en abstract blijft spreken.

Weer een ander raadslid benadrukte een ervaring in München opgedaan tijdens een kerkendag. Een bisschop had gezegd, dat God zelf de gastheer is. Dat was een uitspraak die haar geraakt had. Ze vroeg nadrukkelijk het refereniekader van de bijbel zelf bij de uiteenzettingen te betrekken. Het NPB vertelde dat men in eigen kring zeer terughoudend omgaat met vieringen. Naast ceremonies met brood en wijn is er interesse voor nieuwe rituelen, bijvoorbeeld met vruchten. Quakers en Leger des Heils kennen geen direct sacrament. Maar bij het Leger des Heils bestaat wel zoiets als de heiligingstafel. Daarin kan toch een parallel liggen naar het sacrament van brood en wijn.

Foto’s:
1. Geert van Dartel was als eerste keer aanwezig als afgevaardigde van de RK-Kerk, naast hem de twee andere afgevaardigden: mgr. Hans van den Hende en secretaris Hans Nijhuis. De RK-delegatie is daarmee weer op volle sterkte aanwezig in de Raad van Kerken.
2. Dirk Gudde (links), voorzitter van de beraadgroep Samenlevingsvragen, was voor de eerste keer aanwezig als opvolger van Hetty Pott. Dirk Gudde werkt als pastoraal werker in onder meer Wassenaar en Oegstgeest.

3. Tom Mikkers, de secretaris van de Remonstranten (midden in) was voor het eerst als afgevaardigde van zijn kerk in de Raad.
4. Majoor Jeanne van Hal van het Leger des Heils verzorgde de opening.