Kerkelijke expertise Iran benut

De Directie Migratiebeleid (DMB) en de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) gaan gebruik maken van de expertise van de kerken als het gaat om toetsing van de authenticiteit van bekeringsverhalen van Iraanse asielzoekers.

Dat is het resultaat van een gesprek van de diensten met een delegatie van de Raad van Kerken in Nederland over de situatie van bekeerde christelijke Iraanse asielzoekers. Dr. Arjan Plaisier heeft als moderamenlid de delegatie geleid die het overleg op 7 mei heeft gevoerd. Tijdens de bespreking in het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties ging het over de toetsing van bekeringen, de veiligheid in het land van herkomst en de vreemdelingenbewaring in Nederland. De IND is genegen om zich daarbij verder te laten informeren vanuit de kerken. De Protestantse Kerk verzorgt de inbreng vanuit de kerken.

De aanleiding voor het gesprek was een symposium van Kerk in Actie en het Platform Christen Iraniërs in januari dit jaar, waarbij de situatie van christenen in Iran aan de orde kwam. De Raad van Kerken heeft daarop aansluitend een brief geschreven aan de minister en deze bood aan om de thematiek verder met de IND te bespreken.

Als het gaat om de veiligheid voor bekeerlingen in Iran en Afghanistan deed de DMB de toezegging dat ze het ministerie van Buitenlandse Zaken, zal vragen om daarin ook informatie van de Wereldraad van Kerken te gebruiken. Het ministerie van Buitenlandse Zaken stelt deze ambtsberichten over landen samen. Over de vreemdelingenbewaring van Iraanse christenen in Nederland deelden DMB/IND mee dat de gebruikelijke criteria en procedures van toepassing blijven.

Plaisier bracht naar voren dat het van belang is dat kerken een rol spelen als het gaat om de beoordeling van de betrouwbaarheid van bekeringen, omdat het van asielzoekers vertrouwen vraagt om hun geloofsgeschiedenis te vertellen en omdat de kerk beschikt over speciale gevoeligheid als het gaat om geloofszaken. “Dat ga je niet bereiken met scholing van IND-ambtenaren”, merkte Plaisier op. “Ik heb zelf een aantal Iraniërs gesproken die christen waren geworden en kwam in bijna alle gevallen tot andere conclusies dan de IND.” Om er vervolgens aan toe te voegen: “Toch is enige relativering op zijn plaats. Een predikant kan natuurlijk net zo min als een ambtenaar van de IND echt in iemands hart kijken.”

“De omstandigheden voor bekeerde christenen worden in Iran en Afghanistan steeds ernstiger”, stelde Geesje Werkman vast. “Deze mensen zullen om begrijpelijke redenen niet meewerken als hun uitzetting aan de orde is, en omdat er weinig zicht is op uitzetting, zou je hen ook niet moeten vastzetten in detentie.”

Bij het overleg waren namens de Raad van Kerken Geesje Werkman, lid van de projectgroep Vluchtelingen van de Raad van Kerken en projectmanager Kerk in Actie, Arjan Plaisier, lid van het moderamen van de Raad van Kerken en Frans Willem Verbaas die als advocaat is gespecialiseerd in asielzaken voor Iraanse christenen, aanwezig. Jasper Hoogendoorn en Kaj Muijs vertegenwoordigden de beleidsdirectie DMB en de uitvoeringsdienst IND.

Foto: Iraniërs tijdens het symposium waar het balletje is gaan rollen; de Raad van Kerken was er vertegenwoordigd met enkele afgevaardigden en een discussieleider.