Schepping als wonder

Toos (A.E.) Reichman – Scheffer, voorzitter van de Raad van Kerken van Fryslan en luthers predikante in Leeuwarden – Harlingen, vroeg het bureau van de Raad van Kerken in Nederland zich te mengen in de discussie over schepping of evolutie. Ze kreeg de bal teruggekaatst. En ze ging de uitdaging niet uit de weg. Hieronder haar benadering.

Wie heeft nu gelijk: De aanhangers van Darwin  of die van het Bijbelse Scheppingsverhaal?

In het Darwinjaar wordt mij vooral uit niet- kerkelijke kringen deze vraag gesteld. Maar nog voor ik antwoord kan geven, wordt mij verteld dat zij het kerkelijke antwoord, dat zij tot nu toe hoorden, afwijzen. 

Graag vertel ik hen mijn verhaal. En ik vermoed het verhaal van velen:. een grote groep die minder in de media aan het woord komt. Omdat de polarisatie er uit is verdwenen?

Maar eerst mijn antwoord: Darwin en de Bijbel hebben beide gelijk. Dat kan vanuit het Joodse denken. En-èn, niet of-of, zoals het meer Grieks-Romeinse denken. 

Dan vertel ik het verhaal zoals ik dat ontving en graag doorgeef. Het scheppingsverhaal is een jong verhaal in het boek Genesis.  Toen het volk Israël gedeporteerd werd naar Babylonie, ontstond  dit scheppingsverhaal..  Vele andere volkeren kenden wel een ontstaansverhaal ofwel scheppingsverhaal. En daar, aan Babels stromen, werd de Bijbelse variant onder woorden gebracht. 

Stel dat. Ja, dan…. En dan ontvangen we Godsbeelden over hoe de Eeuwige het zou hebben kunnen doen: Geen strijd over macht willen hebben, de sterkste willen zijn. Nee, een God die geen chaos wil. Die licht voor alle mensen wil. Dagen vol licht om in te leven. Die wel weet dat er duisternis is, deze ziet maar niet aan zichzelf overlaat. 

Een God die onderscheid wil maken tussen de zegenrijke regen van boven en verwoestend water van onderen. En droge grond onder je voeten, ja, een vaste basis om op te staan. Bestaansgrond. Richtingaanwijzers aan de hemel. Meteen wordt de zonnegod ontmaskerd en de maangodin. Ja, de mens moet zich kunnen oriënteren. Zon en maan komen op in het oosten, gaan onder in het westen. De sterrenbeelden vertellen in woestijnachtige situaties hoe men kan voorkomen de weg kwijt te raken. 

Planten, bomen en struiken: soort bij soort. Hierbij komt een godsbeeld tevoorschijn, dat de mens niet structuurloos wil laten leven. Planten altijd wel of niet eetbaar. Een eikel aan een sterke boom, een pompoen kruipend over de aarde. Godzijdank niet andersom! Want stel je eens voor dat je een vrucht van die boom op je neus zou krijgen!

Eerst de lucht boven en het water beneden, gevuld met dieren en later is er ook het land, gevuld! 

En dan de mens met zijn mannelijke en vrouwelijke kant,  lijkend op deze God, die zich al eeuwen zo heeft laten kennen. De mens die mag zorgen voor dit alles. En de eerste dag dat die mens leeft, heeft hij meteen al een dag vrij om te ervaren welke rijkdom hem toevalt. 

Remko Ekkers brengt onder woorden in “Het Hoogste Woord” dat dit goede begin kan veranderen. Er komt goed en fout, lief en lelijk, liefde en ruzie. Na dat goede begin komt veel, wat we heden ten dage nog steeds herkennen.. In de Bijbel gaat het met vallen en opstaan. Steeds weer op zoek naar het goede begin, Het Beloofde Land, een plek waar iedereen thuis is, mens en dier. Een plek om naar te streven. 

Ons Scheppingsverhaal is ooit ontstaan in het verleden, op een plek waar het onvrij en onvriendelijk was. Maar het houvast aan dit “Begin” werd “Toekomstmuziek”. 

Het scheppingsverhaal: historisch, natuurkundig of biologisch  waar? Nee! Het scheppingsverhaal is theologisch waar. Dit verhaal zit boordevol Levenswerkelijkheid!