De nieuw aangetreden algemeen secretaris van de Raad van Kerken, ds. Coen Wessel, gaf tijdens de Oecumenelezing in Utrecht zijn eerste indrukken van de Raad. Hij noemde deze Raad kostbaar en kwetsbaar, er is veel vertrouwen, maar ook een voortdurende zoektocht om de goede woorden te spreken. De nieuwe algemeen secretaris werd welkom geheten tijdens de Oecumenelezing op 12 april in de Utrechtse Geertekerk.
Wessel is de zesde theoloog die invulling mag geven aan de functie van algemeen secretaris. Hij staat in de voetsporen van dr. Herman Fiolet (1968-1985, RKK), ds. Wim van der Zee (1985-1995, NHK), ds. Ineke Bakker (1995-2007, aanvankelijk GKN later PKN), ds. Klaas van der Kamp (2008-2018, PKN) en ds. Christien Crouwel (2019-2024, PKN).
Ds. Wessel herinnerde in zijn toespraak aan zijn acties zo’n 30 jaar terug als voorzitter van de lokale Raad van Kerken in Heereveen. Daar besloot hij samen met pastoor Jan Alferink tot een Palmpaasoptocht voor kinderen op het Gemeenteplein. ‘Het was klein maar onvergetelijk voor de kinderen, als kerken zet je iets moois neer en het gaat nog steeds door.’
Tijdens zijn eerste weken bij de Raad, merkte Wessel al snel dat de Raad van Kerken een kostbaar goed is: ‘Hier wordt overlegd met elkaar. Je zoekt elkaar niet alleen op in geval van nood, maar op heel geregelde basis. Dan is er vertrouwen. Dan ontstaat er iets.’ Dat bespeurt Wessel niet alleen bij de Raad maar ook in andere overleggen waar religieuze leiders elkaar regelmatig tegenkomen, zoals het Overlegorgaan van Joden, Christenen en Moslims. De kwetsbaarheid schuilt niet alleen in de financiële zorgen voor de Raad, maar ook om als Raad kwalitatief goed onderbouwde woorden te spreken over oorlog en vrede, zeker in Europa. ’We moeten daarover nadenken, hoe ondersteun je het voor zijn vrijheid vechtende Oekraïne, maar hoe doe je dat zonder je te beperken tot alleen maar het sturen van wapens’, aldus ds. Wessel die de Raad dankt voor het in hem gestelde vertrouwen en hoopt op een goede samenwerking.
Afscheid
En toen was daar het afscheid van vertrekkende algemeen secretaris ds Christien Crouwel. Vice-voorzitter ds Johannes Welschen die voorzitter Geert van Dartel verving, roemde Christien Crouwel voor haar grote inzet en de altijd frisse ideeën. Met een kleine bemensing een organisatie overeind houden en ontwikkelen die zo veel verschillende onderwerpen moet oppakken, dat is niet eenvoudig, sprak Welschen. ‘Je hebt de coronapandemie meegemaakt en het werk van de Raad toch door laten gaan, het nieuwe beleidsplan voor de Raad helpen ontwikkelen. Je hebt steeds weer verbinding gemaakt vanuit de Raad met initiatieven in de samenleving. Dit ook om te voorkomen dat het werk in de Raad te veel naar binnen gekeerd raakt. Zo zijn de afgelopen jaren bij de Raad netwerkgroepen ontstaan. Dat nemen we mee uit jouw werk voor de Raad’, aldus Welschen.
Het werken aan de oecumene kent ook minder mooie momenten. Vice-voorzitter Welschen tot ds. Crouwel: ‘Je bent soms ook terechtgekomen tussen de verschillende zienswijzen van het werk van de Raad.’ Welschen noemde in dit verband de nawerking van de reis naar Palestina en de herdenking van de doorwerking van het slavernijverleden. Het zijn ervaringen geweest die pijn hebben gedaan en Welschen zei dat het hem speet dat het zover was gekomen. ‘Je hebt veel initiatieven gesteund en mede vormgegeven, en je hebt mogelijk te veel van je krachten daarvoor ingezet’, aldus de vice-voorzitter in zijn dankwoord.
Christien Crouwel
Het laatste woord was voor de scheidend algemeen secretaris. Ds Crouwel dacht terug aan haar eerste jaar bij de Raad; ‘Je stapt ergens in en al gaande wordt de weg gebaand. En die weg heb ik ervaren als een pelgrimage met alle positieve en negatieve ervaringen die iemand op zo’n pelgrimsweg opdoet. Positieve ervaringen zoals de heidagen in Nieuwkuijk tussen twee lockdowns in, met alle leden van de plenaire Raad en van de werkgroepen, om ons te bezinnen op ons beleid. Ik zie ons nog staan bij de slotviering op een groot grasveld met voldoende onderlinge afstand.’ Downs, aldus Christien Crouwel, betreffende vooral zaken waar je als Raad van Kerken zelf niet echt grip op hebt, met als ongekend dieptepunt de dag dat de website van de Raad van kerken gehackt bleek te zijn.
‘Het belangrijkste van die pelgrimage door het land van kerk en wereld waren natuurlijk de mensen die ik ontmoette en de verbondenheid die ik met hen ervaar. Verbondenheid met alle mensen die het werk van de Raad dragen en uitvoeren, en zeker ook de mensen op het bureau,’ zo sprak Crouwel.
Smeerolie
Haar opvolger ds. Coen Wessel overhandigde zij een hulppakket met gereedschappen die bij het vak van algemeen secretaris onontbeerlijk zijn. Te beginnen met een flinke bus smeerolie ‘voor je dienende taak als oliemannetje’, maar ook een stuk elastiek: ‘Je moet voor deze functie ook een beetje rekbaar zijn want soms wordt er behoorlijk aan je getrokken.’ Wees niet bang, aldus Crouwel tot haar opvolger, om de ruimte van de Raad te zoeken, soms een stapje ervoor en soms een stapje terug. Bij het hulppakket hoort tenslotte ook een klein kompas om te voorkomen dat het schip van de oecumene gaat zwalken: ‘Wees niet bang om een koers uit te zetten en die na goed overleg ook weer bij te stellen.’
Ds Christien Crouwel wenste haar opvolger en allen die betrokken zijn bij het werken van de Raad, geloof, hoop en liefde toe, maar het meeste van deze de ontspanning. ‘Gods werk is groter dan deze Raad, er waren mensen voor ons, er komen mensen na ons. We kunnen niet meer doen dan gezamenlijk en eendrachtig gestalte geven aan de opdracht onze naaste te dienen en lief te hebben en God bovenal,’ zo besloot Crouwel haar bijdrage aan de Raad van Kerken.
Teun-Jan Tabak
Foto’s: Marian Hoek van Dijke