PThU krijgt onderzoeksbeurs voor onderzoek naar slavernij en kerk

De NWO, Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek, heeft een subsidie van 750.000 euro toegekend aan de PThU voor een onderzoek naar de rol van de protestantse kerk bij het Nederlands koloniaal slavernijverleden. 
 
Het project heeft als officiële titel ‘Church and Slavery in the Dutch Empire: History, Theology and Heritage’ en is een samenwerkingsverband van de PThU, de VU en de University of Curacao. Ook is het NiNsee (Nationaal instituut Nederlands slavernijverleden en erfenis) als maatschappelijke partner aan het project verbonden en wordt er nauw samengewerkt met diverse kerkelijke partners.

Meerdere perspectieven

In dit onderzoeksproject bestuderen de betrokken universiteiten de rol van de protestantse kerk in het Nederlands koloniaal verleden in de Oost en de West. De onderzoekers kijken naar de theologische en exegetische argumenten die vanuit kerk en academie werden aangedragen om slavernij te verdedigen dan wel te bekritiseren en naar het financiële, maatschappelijke en bestuurlijke aandeel van de kerk in de slavernij en de slavenhandel (als slaveneigenaar, investeerder, missionair, pastoraal, hoeder van de samenleving). Meerdere perspectieven (van slaafgemaakten, voormalige slaven, inheemsen, groepen van gemengde afkomst, witte kolonisten) worden in beeld gebracht én er is oog voor de erfenis van de slavernij in de kerken en samenleving van vandaag.

Kerkelijk en maatschappelijk relevant

Naar het oordeel van het NWO is het onderzoeksproject, dat de PThU voor een kwart uit eigen middelen meefinanciert, van groot wetenschappelijk belang, maar heeft het ook enorme waarde voor het huidig maatschappelijk debat over het koloniaal verleden van Nederland. Hoofdaanvrager prof. dr. Annette Merz (PThU) beaamt dat: ‘Al in 2013 had de Raad van Kerken in Nederland de betrokkenheid van kerkelijke verbanden en van afzonderlijke kerkleden bij het in stand houden en legitimeren van de slavenhandel in algemene termen erkend. Dit onderzoek zal ons in staat stellen om veel gedetailleerder uit te zoeken welke vormen van kerkelijke betrokkenheid er waren, hoe deze zich manifesteerden in de verschillende delen van het Nederlands koloniale rijk en hoe ze in de loop der tijd evolueerden.’
 
Het onderzoeksproject start met het werven van onderzoekers (2 promovendi, 1 postdoc) en hoopt in juli 2023, als de 150ste verjaardag van de feitelijke afschaffing van de slavernij gevierd wordt, al enige resultaten te kunnen presenteren.