Studeren op politiek WCC

De Utrechtse summerschool van de Rijksuniversiteit biedt deze zomer een cursus aan met de titel ‘De Wereldraad van Kerken in zijn politieke context, 1948-2018’ (‘The World Council of Churches in Its Political Context, 1948-2018’). De bijeenkomsten vinden plaats in de periode van 9 juli tot 13 juli 2018 en hebben het niveau dat past bij een masteropleiding. De organisatie mikt op een breed publiek, verondersteld wel een academisch denkniveau, maar men hoeft niet per se theoloog te zijn om de summerschool te volgen. ‘Een interdisciplinaire club is juist leuk’, zegt prof. dr. Peter-Ben Smit, die bij de organisatie is betrokken, desgevraagd. 

Aanleiding voor het thema is het 70 jarig bestaan van de Wereldraad, dat op 23 augustus in Amsterdam wordt gevierd. De cursus gaat in op de manieren waarop de Wereldraad vanaf het ontstaan omgaat met politieke vragen, internationale orde en veiligheid. De cursus laat zien dat ieder decennium zijn eigen uitdagingen heeft. Zo gaat men verder in op het herstel van het na-oorlogse Europa, het postkolonialisme, de sociale rechtvaardigheid en het nucleaire ontwapeningsdebat. De cursus toont de Wereldraad in een wisselende politieke context. De summerschool helpt daarmee bij het analyseren van de recente ontwikkelingen op het gebied van religie, politiek en internationale verhoudingen.

De oprichters van de Wereldraad van Kerken dachten al lang voor de feitelijke vorming van de koepelorganisatie in 1948 na over de verbinding van de politieke en religieuze ontwikkelingen. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd de WCC in het kantoor in Genève, geleid door de Nederlandse secretaris-generaal Willem A. Visser ’t Hooft, een brandpunt van verzetsgroepen in het door de nazi’s bezette Europa.

Direct na de oorlog was de kerk nauw betrokken bij de politiek. Theologen gingen mee in kritische, politieke analyses, zoals de vorming van de voorloper van de EU en de koude oorlog tussen Oost en West. De jonge koepelorganisatie zette in op politieke en spirituele verzoening in de wereld.

Vervolgens is er een ontwikkeling te zien, waarbij nieuwe Aziatische en Afrikaanse kerken zich aansloten bij de Wereldraad van Kerken. Er groeide een postkoloniale samenleving. Vragen over sociale en economische gerechtigheid werden opnieuw ingekleurd vanuit bijgestelde denkwijzers. De geluiden klonken door op bijvoorbeeld de assemblee van New Delhi in 1961.

In de jaren zeventig en tachtig was de Wereldraad hoorbaar en zichtbaar aanwezig bij de discussies over non-proliferatie en nucleaire ontwapening. Het is een thema gebleven bij de Wereldraad tot op de dag van vandaag; de Wereldraad is nauw betrokken bij ICAN, de organisatie die onlangs de Nobelprijs voor de vrede in ontvangst mocht nemen.

Deze zomerschool kijkt naar de manier waarop de WCC en zijn sleutelfiguren deze geo-politieke zaken hebben behandeld vanuit historische, doctrinaire, politieke en maatschappelijke invalshoeken, terwijl ze de bakermat hervonden waar deze oecumenische reis begon: de Nederlandse steden Utrecht en Amsterdam.

De zomerschool is geïnspireerd door het door NWO gefinancierde onderzoeksproject ‘Blueprints of Hope’. Designing After-War Europe, 1930-1963: Ideas, Emotions, Networks, Negotiations ‘, een gratis competitiebeurs toegekend aan de professoren Beatrice de Graaf, Mathieu Segers en Peter-Ben Smit aan de Universiteit van Utrecht.

Er worden vier lezingen aangeboden, drie seminars, één simulatiegame en een excursie. De kosten voor de cursus en het cursusmateriaal bedragen € 350,00. Meer informatie is te krijgen via C.G.vandenBerg@uu.nl. Voor een presentatie van het programma zelf, klik hier.

Foto: Prof. dr. Peter-Ben Smit, één van de initiatiefnemers achter de summerschool