Met relativerende glimlach

Tien jaar bestaat de interreligieuze groep van In Vrijheid Verbonden en dat werd gevierd met een feestelijk programma in Tivoli Vredenburg te Utrecht. Vijf grote religies mochten zich presenteren en je kon merken dat de afstemming soepel verloopt, veel makkelijker dan in het begin. Je kon dat ook aflezen aan de bijdrage van de christenen. Cabaretier Timzingt was uitgenodigd ‘om alle christenen te vertegenwoordigen’, zijn presentatie toverde bij alle aanwezigen een glimlach om de mond. Ook bij prinses Beatrix, de speciale gast van de middag.

Tim vertelde dat hij uit een door en door christelijk dorp komt, waar de zondagse ‘dienstplicht’ nog bestaat. ‘Er was een school met de bijbel, nog een school met de bijbel, zelfs een rijschool met de bijbel’. Tim verscheen in een redelijk door de weekse kloffie, met een spijkerbroek en gympies. Op het dorp mocht hij er in ieder geval op zondag niet zo bijlopen. Als je vroeg waarom niet? antwoordde zijn moeder: ‘Als je bij de koningin op bezoek zou gaan, zou je dan ook zo gekleed willen zijn?’ Tim besloot zijn verhaal met een lied, waarin hij de eindeloze opsplitsing van kerken hekelde en hij stelde dat er uiteindelijk maar één ding telt: Of je Jezus toelaat in je leven.

Misschien gaf dat wat evangelisch aandoende slotzinnetje bij sommige christenen wel even een buikscheut in de zin van: ‘Kan je dat hier zeggen? Met al die Joodse en Islamitische gasten?’, maar het tekent de onderlinge goede verstandhouding dat ook dat soort getuigenissen die bij de authenticiteit van iemand horen gebillijkt worden.

De EO-IKON had de voorbereiding geholpen, door een film te maken waarin mensen uit enkele religies laten zien hoe ze vluchtelingen opvangen. De Joodse Chantal Suissa, aangeduid als een ‘Joodse verbinder’ vertelde hoe ze met vluchtelingen werkte: ‘Er wordt gewoon een beroep gedaan op je empathisch vermogen’. Paul Oosterhof, een predikant, liet zien hoe hij vluchtelingen tot hun recht probeerde te laten komen. En ook een hindoestaanse Rudj Rachaman, gaf inzage in het werk met vluchtelingen.

Dr. Annewieke Vroom van de Vrije Universiteit, vertelde hoe ze het onderlinge contact tussen studenten met verschillende religies vorm gaf. Door hen werkelijk met elkaar in gesprek te brengen konden studenten van totaal verschillende huize uiteindelijk toch verzuchten dat de verschillen meer met vorm en buitenkant te maken hebben. Ze verbond die ervaringen met iemand die een tijdlang in een stam had gewoond waar men in magie geloofde. Op de vraag hoe hij het daar volhield, antwoordde hij: ‘In mijn eigen cultuur accepteer ik geen magie, maar in hun wereld is het een manier om met elkaar om te gaan’.

Aan de verschillende presentaties van de religies kon je merken dat er inmiddels een zekere traditie is ontstaan. Zowel joden, moslims, hindoes als boeddhisten – en trouwens ook Timzingt – legden de nadruk op muziek. Vergelijk dat met de eerste ontmoeting tien jaar geleden en het verschil is duidelijk. Toen nog waren er vaak wat dorre, maar zeer verantwoorde, theoretische bijdragen. Nu krijgt alles meer een cultureel accent, waarbij de teksten achter op het podium geprojecteerd, duidelijk maakten dat de religie en de spiritualiteit wel ter dege in de cultuur doorklinkt. Als afsluiting van het meer formele gedeelte ontving de prinses een cadeautje: een olielampje, symbool voor het licht dat elk der religies wil verspreiden.

Wie In Vrijheid Verbonden zegt, zegt ook: Volop gelegenheid om elkaar tijdens een receptie te ontmoeten. Zo was het ook dit keer. Prinses Beatrix nam er ruim de tijd voor om vertegenwoordigers van de verschillende religies te ontmoeten. Zij is tenslotte – mag je dat informeel zo zeggen? – toch een soort beschermvrouwe van het initiatief. En ze gunde iedereen een woord, of het nu ging om kerkleiders als Wim Eijk, Karin van den Broeke en Dirk Gudde of om mensen die min of meer toevallig waren gekomen, omdat ze een muziekinstrument op het podium mochten bespelen of omdat ze met hun vader meegingen naar de ontmoeting.

Voorafgaand aan de gezamenlijke presentatie in Tivoli, hadden de religies in eigen kring een bijeenkomst gehad. De christenen kwamen bijeen in de Domkerk. Ds. Netty de Jong – Dorland, predikante van de Domkerk, heette de gasten daar welkom. Mgr. Joris Vercammen, aartsbisschop van Utrecht en mgr. Jan van Burgsteden, referent voor interreligie vanuit de bisschoppenconferentie, waren als voorgangers bij de liturgie betrokken. Ook andere leden van In Vrijheid Verbonden speelden een rol bij de gebeden en de overweging.

Hieronder volgt een parafrase van de overweging, die Klaas van der Kamp heeft uitgesproken in de Domkerk.

Beste mensen, bijeen in de naam van Christus,

Johannes 4 is het verhaal van een pelgrim. Jezus is een pelgrim. Hij was in Jeruzalem en gaat terug naar huis. Dan ontmoet hij een vrouw bij een bron in Sichar. Ze raken aan de praat. Het wordt een interreligieus gesprek. De vrouw is trots op de bron. Aartsvader Jakob heeft hem blootgelegd. ‘Wij zijn belangrijker dan andere mensen. Want ons heiligdom is het oudste dat er is. En wij drinken dagelijks water uit de bron die bij het heiligdom ligt’. Jezus kan daar niet tegen op. Want zijn religieuze traditie, die van de tempel, stamt uit latere tijd, uit de tijd van Salomo.

Maar Jezus laat zijn traditie niet wegpoetsen. Hij herhaalt een joods dogma: ‘De redding komt van de joden’. De vrouw zou er denk ik nooit op gereageerd hebben als er aan het statement niet een ontmoeting vooraf was gegaan. Dat gesprek begint met een kwetsbare houding van Jezus zelf. Hij spreekt een vrouw aan; dat hoort niet. Daar word je onrein van. Hij spreekt een Samaritaanse aan, een heiden. Dat hoort niet. Daar word je onrein van. Hij vraagt om water, om leven, en raakt misschien wel de hand aan van de vreemdelinge. Dat hoort niet. Daar word je onrein van. Beetje stom van Jezus is dat wel. Is hij net gereinigd door de bedevaart naar Jeruzalem en ontreinigt hij zichzelf nu al weer. Hij drinkt zichzelf een oordeel. Maar Jezus snapt: zonder ontreiniging geen ontleding, zonder ontlediging geen ontmoeting.

Pas als die ontlediging van zichzelf is geweest, is er de ontwapening van de ander. Dan laat ook de vrouw haar reserves los. En is er een interreligieuze ontmoeting. En uiteindelijk krijgen Jezus en zijn discipelen dezelfde opdracht mee als de vrouw. Ik citeer: ‘Er komt een tijd, en die tijd is nu gekomen, dat wie de Vader echt aanbidt, hem aanbidt in Geest en in waarheid’ (vers 24). Dat overstijgt de tegenstelling Jeruzalem – Sichar. Beter nog is het iets joodser te vertalen – het heil is immers uit de joden – en het woord ‘aletheia’ (waarheid) weer te geven in joodse zin als ‘emet’. Dan wordt het: ‘Wie de Vader echt aanbidt, aanbidt hem in Geest en in betrouwbaarheid’.

We maken vandaag met zijn allen een pelgrimage van vrede. Het is een interreligieuze pelgrimage. Dat geeft ontspanning. Allereerst als we andere mensen ontmoeten. En dan moet u dat als twee woorden nemen ont-moeten. En het geeft ontspanning als we gaan ervaren, dat de Geest vaardig over ons wordt. Dat we het aandurven om verder te reiken dan de dogma’s, ons durven te ontledigen, vindt u dat een te groot woord, zwak ik het af: ons open durven stellen.

Ik doe vaak een spelletje met groepen. Dan maak ik met de mensen een fictieve pelgrimage. En ik laat de groep landen op een eiland, compleet met een uitrusting van tent, muskietennet, geld, voedsel, landkaart. De eerste oefening, die weinig mensen beheersen, is dan dat je de vraag durft te stellen: Hebben we al deze bagage wel nodig? Zelfs een kort stukje lopen van het Domplein naar Tivoli loopt al het lekkerst als je niet hele koffers mee hebt te zeulen. Jezus draagt in Markus 6: 8 zijn leerlingen op weg te gaan. ‘Neem niets mee voor onderweg, geen brood, geen reistas, geen geld, alleen een wandelstok’. Als je zo reist, weet je bij voorbaat dat je van de goedgeefsheid van anderen afhankelijk zult zijn. Dat zij je brood geven. Een echte pelgrimage zal allereerst onszelf ontwapenen. ‘Alles wat je thuislaat, is mooi meegenomen’. En na de ontwapening kan het een pelgrimage van vrede zijn. Laten we ons dan toevertrouwen aan de goede wil van de ander; en aan de voorzienigheid.

Ik wens ons allen: buen camino.

Foto’s met een impressie van de pelgrimage van vrede, vanaf het Domplein naar Tivoli Vredenburg