Aandacht in vrijdaggebed

Het Contactorgaan Moslims en Overheid, partner van de Raad van Kerken in het Caïro-overleg, heeft met een persbericht gereageerd op de aanslag die plaatsvond bij het blad Charlie Hebdo in Parijs. Het CMO verklaarde diep geschokt te zijn door de ‘barbaarse en laffe aanslag’. ‘Het is een misdaad tegen de mensheid en aanval op onze democratie, vrede en vrijheid. Niets kan een dergelijke gruwelijkheid rechtvaardigen’, aldus het persbericht.

Het CMO stelde verder: ‘Het voorkomen dat onze samenlevingen ontwricht raken door dit soort terreurdaden, is een belangrijke opgave voor ons allen. CMO veroordeelt deze barbaarse aanslag. Onze gedachten gaan dan ook allereerst uit naar de families en dierbaren van de slachtoffers, en naar het Franse volk’.

CMO heeft haar aangesloten organisaties en alle moskeebesturen gevraagd om de komende dagen uitgebreid stil te staan bij deze afschuwelijke terreurdaad. Het CMO roept tevens haar achterban op deel te nemen aan verschillende steunbetuigingsactiviteiten zoals vreedzame manifesten in verschillende steden. Op belangrijke momenten zoals vrijdagpreek van 9 januari a.s. zullen de imams hun afschuw blijven uitspreken over deze gruwelijkheid.      

Tijdens een conferentie augustus vorig jaar van joden, moslims en christenen werd er rond het thema ‘omgaan met je eigen verlegenheid’ aangedrongen op duidelijkheid bij religies, ook vanuit de moslimgemeenschap, om steeds het onderscheid te blijven verwoorden tussen wat de hoofdlijn van het eigen denken is en wat fundamentalisten claimen.

Joodse en christelijke leden van het Caïro-overleg hebben eveneens met afschuw gereageerd op de moord op journalisten, die al jaren symbool staan voor het recht op vrije meningsuiting en op hen die werden neergeschoten tijdens beroepsuitoefening als beveiliger van de rechtstaat. Zelfs de schijn van religieuze legitimatie is misplaatst bij het plegen van deze moorden.

Diverse burgemeesters hebben het initiatief genomen om in hun woonplaats mensen bij elkaar te brengen uit solidariteit met de rechtsstaat en als protest tegen de aanslag. Via de Hilversumse omroepen was al bekend dat dergelijke bijeenkomsten plaatsvinden in Amsterdam, Rotterdam en Haarlem. Bij het bureau van de Raad van Kerken kwamen ook berichten binnen van burgemeesters van andere steden, zoals Kampen (Plantage) en Gouda (Markt). Sommige burgemeesters betrekken de plaatselijke raden van kerken bij het initiatief en de moskeebesturen.