Athenagoras Peckstadt

Het bureau van de Raad van Kerken vraagt verschillende mensen om te reageren op de vastenbrief van mgr. Wim Eijk, over de eucharistie. Het gesprek sluit aan bij het beleidsplan van de Raad van Kerken, waarin wordt gezegd dat de kerken het gesprek over de beleving van eucharistie en avondmaal willen aangaan. Door de vorm van een open brief te kiezen kunnen scribenten – als ze dat willen – een meer persoonlijke benadering meegeven aan de ervaringen die ze in de eigen kerk opdoen. Hieronder volgt de reactie van mgr. Athenagoras Peckstadt, bisschop van Sinope, vertegenwoordiger van de Orthodoxe Kerk in Nederland.

Dominee Klaas van der Kamp
Algemeen secretaris van de Raad van Kerken van Nederland

Eerwaarde,
Beste Klaas,

Graag wou ik langs deze weg reageren op de brief van Bisschop Wim Eijk m.b.t. het belang van de beleving van de Eucharistie in de schoot van de Kerk. Als bisschop van de Orthodoxe Kerk, maar evenzeer als medewerker aan het grote ideaal van de Eénheid van de Kerken, wil ik deze brief aanvullen met enkele bedenkingen vanuit orthodox perspectief. De Eucharistie staat centraal in het Kerk-zijn van de Orthodoxie. Daarenboven verwijst de Orthodoxie altijd naar het belang van deze beleving! Het is het fundament van elke ecllesiologie die afstamt uiit de tijd van de Primitieve Kerk.

De Kerk, op aarde, bestaat niet voor zichzelf. Ze is er – zoals Christus – voor de mensen en hun redding. Haar natuur is onverbrekelijk van haar zending. De grote orthodoxe theoloog van de voorbije eeuw, Aartspriester Georges Florovsky, zegt ons dat “de eerste taak van de historische Kerk erin bestaat van het Evangelie te verkondigen”. De natuur van de Kerk is dus de aanwezigheid van de Verlosser en de plaats van de Geest van liefde; zij is belast met de getuigenis van de heilbrengende Menswording, van de Blijde Boodschap te verspreiden. Het gaat er hem m.a.w. om de wereld te laten weten dat God ons liefheeft en ons redt in Jezus Christus.

De zending van de Kerk bestaat erin de wereld uit te nodigen tot bekering, om over te gaan van een leven dat slechts leidt tot de dood, naar een leven dat leidt tot het leven. Deze verkondiging en deze offerande worden door de Kerk aangeboden in woord en daad, “omdat de waarachtige aankondiging van het Evangelie er precies in bestaat in de diepe beleving van dit nieuwe leven, in de uiting van het geloof door ernaar te handelen”. In feite is de Kerk niet alleen een getuige die weet en spreekt, maar een gemeenschap die inleidt: Zij leidt de gelovigen in, in de ervaring van het Mysterie dat Ze aanbiedt. “Het ambt van het Woord kent aldus zijn vervolmaking in het dienstwerk van de sacramenten”.

Maar wat gebeurt er? De Kerk is helaas verdeeld! Het christenvolk is verdeeld! De zending van de Kerk bestaat erin de wereld uit te nodigen tot bekering, maar ze is verdeeld! Het kan paradoxaal lijken, in een tijdperk waarin minder dan tien procent van de bevolking aan regelmatig kerkbezoek doet – zelfs in landen met een christelijke meerderheid – en waar de secularisatie van de maatschappij een fenomeen is dat algemeen wordt, van te spreken van de Kerk als “hart van de wereld”. Als we zeggen dat de Kerk in het hart is van de wereld, dan moeten we het hebben over het wezen van de Kerk, en niet over hoe ze zich voordoet. We moeten het hebben over haar diepe realiteit, haar geloof zoals uitgedrukt in het geloofsbelijdenis van Nicea-Constantinopel. We moeten dus spreken over het woord van God dat ons zegt wat de Kerk waarlijk is. En we weten het: het woord van God is scheppend, want wat God zegt door Zijn Zoon, volbrengt Hij door Zijn Heilige Geest. De Kerk is m.a.w. in het hart van de wereld omdat door het werk van de Heilige Geest het Woord mens is geworden en zo God met ons is.

Ja, reeds in de tijd van de Apostelen waren er ruzies tussen de christenen.  De duivel weet immers dat het eerste kenmerk van de christenen de liefde is en dat de stempel van heiligheid de eenheid is in het lichaam van de Kerk, daarom zaait hij tweedracht onder de gelovigen.  En hij zaait met kunst, opdat de christenen niet zouden begrijpen dat hen iets kwaad zou overkomen. Sommigen zijn zelfs trots dat ze – in de naam van het geloof en voor het goede van de Kerk – volgelingen kunnen verwerven. Ze zijn echter aanleiding van conflicten en spanningen in de schoot van de Kerk. Daarom zei Christus ergens dat Hij niet op aarde gekomen is om vrede te brengen, maar om vuur aan te steken. En toch zien we Hem net vòòr zijn Lijden vurig bidden tot de hemelse Vader voor de eenheid van de Kerk. Toen Paulus de brief schreef aan de Korinthiërs, waren ze heftig aan het ruziën, niet voor het geloof, maar omwille van de verschillende mening en voorkeur die ze hadden voor bepaalde personen. De éne was een volgeling van Paulus, de andere van Apollos, nog een andere van Petrus en een andere van Christus.  Christus had ons echter niet gevraagd van volgelingen te worden van mensen, maar van Zijn gelovigen te zijn.

Inderdaad, het grootste kwaad in de Kerk zijn de scheuringen en opsplitsingen ervan. Vandaar dat Paulus in zijn brief aan de Korinthiërs de christenen van deze lokale Kerk vraagt en smeekt van in de naam van Christus één te zijn! Hetzelfde doen wij vandaag: laat ons samen bidden voor en werken aan het herstel van de eenheid van de christenen. Niet alleen omdat wij het willen, maar vooral omdat Christus het wilt. We kunnen dit doen door gezamenlijk te zoeken naar wat ons ooit één was en waarop die éénheid is gebaseerd. We dienen a.h.w. onze gemeenschappelijke roots te herontdekken in de traditie van de Onverdeelde Kerk.

Het is duidelijk dat de “éénheid van de Kerk” reeds in de apostolische tijd een belangrijk gegeven was. In de jaren nadien beschouwde de Kerk haar éénheid als iets dat haar voortdurend bezighield, gesteund op een sterk geloof. Een geloof in Christus, enig fundament van de Kerk! Hier zijn we het ook vandaag allen over eens, nl. dat het wezenlijke van het christendom en van de Kerk dient te worden gezocht in de Persoon zelf van de Heer, op dewelke de Kerk is gegrondvest. Wat hier dus belangrijk is, is de Persoon zelf van Christus en de éénheid van de mens met Hem. In dit perspectief kan de Kerk worden beschreven als “Christus Zelf”. Die éénheid van de mens met Christus werd sinds vroeg in de Primitieve Kerk beleefd in de Goddelijke Eucharistie, als een incorporatie van de Kerk, nl. de gemeenschap van gelovigen, in Christus. Het is dus alleen in het mysterie van de Eucharistie dat wij een gevoelige verzinnebeelding hebben van de mystieke éénheid en de incorporatie in Christus van de gelovigen die communiceren van Zijn Lichaam en Bloed. De betekenis van de Kerk en van haar éénheid beperkt zich echter niet helemaal tot een eucharistische éénheid. De Kerk verschijnt ook sinds haar oorsprong als één in het geloof, in de liefde, in de unieke doop, in de heiligheid van het leven, enz.  Maar dit alles is opgenomen in de Eucharistie.

De Heilige Eucharistie is niet iets als een eenvoudige verticale persoonlijke ontmoeting met God. De Eucharistie is wezenlijk sociaal en kerkelijk. In het kerkelijk bestaan is er waarschijnlijk geen enkele andere gebeurtenis waarbij de christenen ophouden individuen te zijn en om zo Kerk te worden. De Eucharistie, het gebed, het geloof, de liefde, de naastenliefde – m.a.w. alles wat de gelovigen individueel nastreven – houden op het “mijne” te zijn, om het “onze” te worden. De Eucharistie is niet enkel communio van elkeen met Christus; ze is ook communio van de gelovigen onderling en eenheid in het Lichaam van Christus. De Eucharistie is m.a.w. de meest anti-individualistische handeling van de Kerk.

De Liturgie veronderstelt een antropologie die enkel en alleen de mens “als nieuwe schepping in Christus” zoekt. De Liturgie maakt geen theologie, maar verwoordt en openbaart. Op de vraag “Wat is de mens?”, antwoordt ze door Christus te duiden als de mens bij uitstek; m.a.w. als de mens verenigd met God, als de vergoddelijkte mens. In de communio «met het Heilige voor de Heiligen» geofferd, worden we onmiddellijk gebracht naar Diegene die de “Enige Heilige, Heer Jezus Christus” is. Diegene in wie de mens – door de Heilige Gaven – wordt wie hij is: nl. tenvolle mens. Dat is de ervaring van diegene die aan de Goddelijke Liturgie deelneemt.

De Goddelijke Liturgie zal hen de levendigste verzekering geven van Christus’ overwinning op de duivel. Maar op deze aarde zal deze overwinning nooit iets anders zijn dan een overwinning “van kenosis”, de overwinning van het kruis, de overwinning van de heldhaftige ascese. 

De crisis van de verhouding tussen de hedendaagse mens en Christus en de onbekwaamheid van het christendom om de hedendaagse mens te ontmoeten, vloeien waarschijnlijk voor een groot deel voort uit de theologische ontaarde traditie die wij onderwijzen. Deze traditie heeft de mens verdeeld, heeft hem schizofreen gemaakt, heeft hem doen stikken door dualistische opvattingen en moraliserende constructies, heeft zijn integriteit vernield…

Wat we moeten doen is onze medemens duidelijk maken dat de Kerk niet vooral instituut, instelling, corporatie of organisatie is, maar bovenal gemeenschap van personen in Christus. Haar organisatie is geen instelling van menselijk initiatief, maar de uitdrukking van het godmenselijk karakter van haar lichaam en heeft op oog het onderhouden van de eenheid van de leden van het Lichaam. Onze Kerken op aarde zijn er niet voor zichzelf. Zoals Christus, zijn ze er voor de mensen en hun redding. Hun natuur is niet los te koppelen van hun zending. 

Laten we hopen en bidden we dat onze respectieveleijke Kerken bewust worden van de eucharistische zienswijze die ze vaak verbergen, zodat ze de nood aan een theologische scheppende herziening en een hernieuwde praktijk aanvoelen. Dit zal de zozeer verlangde éénheid van de Kerken bespoedigen en onze Kerken van de secularisatie verlossen, maar evenzeer de wereld verlossen van een eenzaamheid die ver van God is!

Ik hoop dat deze enkele bedenkingen kunnen bijdragen tot meer inzicht en in onze gemeenschappelijke zoektocht naar de zo zeer verlangde éénheid van de christenen. Zie ze als een bedenking of bezinning in deze periode van de Heilige en Grote Vasten.

+ Bisschop Athenagoras Peckstadt, bisschop van Sinope
Orthodoxe Kerk in Nederland

Wie de eerdere briefwisseling wil lezen tussen pastoor Rudolf Scheltinga (oud-katholiek) en ds. Klaas van der Kamp (protestant), kan hier klikken.
Wie de vastenbrief van mgr. Wim Eijk (rooms-katholiek) wil lezen, kan hier klikken.