Ieniemienie

Ruim 190 landen presenteren zich op de World Expo 2010 in Shanghai. Ze vullen (een deel van) een paviljoen met ideeën over de leefbaarheid van steden in de 21ste eeuw. Ook Nederland is aanwezig. Tussen 1 mei en 31 oktober is het paviljoen te zien in de Chinese metropool. Ruim dertig jongvolwassenen zijn per dag aanwezig op de Expo als ambassadeur van Nederland. Ze blijven enkele maanden om dan weer plaats te maken voor een nieuwe lichting. Ze zijn gekozen uit vele duizenden aanmeldingen. De meeste van hen hebben een achtergrond binnen de opleiding toerisme. Welke waarden brengt Nederland volgens hen in op de internationale vloer? Enkele reacties.

Waarin verschilt de uitstraling van het Nederlandse paviljoen van andere paviljoens?
Reactie: Ik vind vooral de openheid opvallend. Bij de meeste paviljoens is sprake van een huisje waar je naar binnengaat. Je krijgt dan allerlei toeristische foto’s voorgeschoteld. En uitleg over de grondstoffen en de innovatie in het land. Het Nederlandse paviljoen is open en staat daarmee voor mij symbool voor de transparantie en de openheid in de Nederlandse samenleving.
Vraag: Geldt die openheid ook in een tijd dat Nederland massaal op de PVV stemt?.
Reactie: Ja, goede vraag. ’s Is natuurlijk ook maar een imago dat we proberen neer te zetten.
Andere reactie: De architect Körmeling heeft het thema ‘Happy Street’ uitgewerkt. Ik vind het wel mooi dat hij daarvoor het getal acht als geluksgetal en als basis voor de straat heeft genomen. Hij sluit mooi aan bij wat Chinezen vinden. Ik heb gehoord dat Chinezen heel graag het getal 8 of het getal 6 in een nummerplaat van de auto hebben. De vorm onderstreept het thema.
Vraag: Is dat niet een beetje bijgelovig?
Reactie: Nee. Je moet het zo niet uitleggen. Het is meer dat je mikt op herkenning bij mensen. Natuurlijk weet iedereen wel dat een geluksgetal op zichzelf geen waarde heeft.

Een andere reactie: Het beeldje dat je aan het begin van ons paviljoen ziet, spreekt boekdelen. Vrije mensen in een vrije ruimte. De vormen spreken voor zich.

Wat is je beeld van Nederland nu je enkele maanden stage loopt in China?
Reactie: Je beseft dat Nederland een ieniemienielandje is. Er komen hier 70 miljoen Chinezen als bezoeker op de Expo, zeggen de organisatoren. De meeste die ik gesproken heb, hebben nog nooit van Nederland gehoord. Ze zijn vooral trots op China zelf. Ze gaan ook allemaal naar het Chinese paviljoen. Ze komen hier min of meer toevallig. Of willen een stempeltje in het paspoort. Bij ieder paviljoen kan je zo’n stempeltje halen.

Andere reactie: Alleen al in Shanghai wonen 22 miljoen mensen. In 1990 waren er nog maar 10 gebouwen boven de 100 meter. Nu zijn er meer dan 3000 gebouwen hoger dan pakweg de Domtoren in Utrecht. Je kunt je daar amper een voorstelling van maken.

Weer een andere reactie: Ja, dan heb je een appartement op de tiende verdieping van een flatgebouw en dan nog loopt de derde laag van een snelweg pal langs je balkondeur langs.

Merk je iets van de kerk in China?
Reactie: Nee. De meeste mensen zijn officieel atheïst. Maar je merkt wel dat ze normen en waarden aanhangen. Maar meer vanuit Confucius en Tao. En Boeddhisme.

Andere reactie: Ik ben in een boeddhistische tempel geweest. Ik heb er veel jonge mensen gezien. Die kopen dan wierookstokken. En nepgeld. En dat offeren ze.

Weer andere reactie: Ja, en ze houden hun voorouders in ere. Dat offeren doen ze voor hun voorouders. En voor hun eigen geluk, geloof ik. 

Nog een reactie: Ik heb in een Engelstalige krant gelezen dat het aantal christenen wel groeit. Er zijn er iets van 23 miljoen stond in dat artikel.
(Redactie: cijfers gebaseerd op de Chinese Academie van Sociale Wetenschappen in Beijing; gepresenteerd in de China Daily van 12 augustus 2010; nader onderzoek wijst uit dat 69 procent zich bekeerde tot het christendom na het meemaken van ziekte of andere tegenslag in eigen kring; opmerkelijk is ook dat 70 procent vrouw is en dat men ‘katholieken’ apart rekent in de statistiek; er zijn naast de genoemde aantallen ook circa 5,7 miljoen katholieken. De meeste christenen (circa 73 procent) kwamen bij de kerk na 1993 toen er meer ruimte kwam en de economie aantrok; het gaat om jonge mensen en om intellectuelen; ze maken steevast onderdeel uit van de bovengrondse kerk, de zogenaamde drie-zelf-kerken).

Vraag: Hebben jullie ook een kerkdienst bijgewoond?
Reactie: Een vriend van me bezocht een viering in Beijing. Hij vertelde dat er op een zondag zes eucharistievieringen zijn, drie in het Chinees en ook in het Engels en het Frans.

Nog een reactie: Ik ben een dag naar Hangzhou geweest. Onderweg heb ik een kerk in aanbouw gezien.
Iemand die weer daarop reageert: Ja, en de huizen van de boeren die zich hadden laten uitkopen leken op zichzelf ook wel op kerken. Er waren er diverse met een soort torentje er op. Maar de gids zei, dat dat toeval was. ‘Waarschijnlijk een architect die zoiets in Europa of Amerika heeft gezien en die het stilistisch mooi vindt’, zei-die.

Kom je religie in het algemeen tegen op de Expo?
Reactie: Nee, daar gaat het natuurlijk ook niet om. Het gaat om de bewoonbaarheid van de stad.

Andere reactie: In de waarden kom je wel de levensovertuiging van mensen tegen. Ik denk dat wij best trots mogen zijn op onze open uitstraling en dat in een land waar de vrijheid nog niet zo ver is doorgedrongen als in Nederland.

Andere reactie: Je vindt wel dingen die met geloof te maken hebben. Israël heeft iets over het ontstaan van de bijbel. En in onze eigen stand vind je bij de jenevers ook een etiket ‘Johannes Calvijn’.

Weer een andere reactie: De Denen hebben een paviljoen met vooraan uitspraken van mensen. Eén van de uitspraken luidde: ‘Je ziet ons in Denemarken niet zoveel bidden; dat komt omdat wij in mensen geloven’. Dat vond ik wel een mooie.

Foto’s:
Studenten met een diverse achtergrond aanwezig bij de Expo
Stadsgezicht op het centrum van Shanghai; liefst 3000 gebouwen zijn hoger dan 100 meter
Kunstwerk bij het Nederlandse paviljoen
Kerk in aanbouw op weg naar Hangzhou
Drie generaties vroomheid in een boeddhistische tempel
Diverse soorten jenever
Een kind rust uit op één van de schaapjes die in het Nederlandse paviljoen zijn te vinden