Wandelgangen

Het nieuws zit in de wandelgangen. Vandaar dat we het verslag van de kerk- & gemeente-beurs in Utrecht weergeven in de vorm van een column. Een zoektocht naar oecumene.   

‘Het is net een reünie’,  zei de dominee die me in Hoog Catharijne tegenkwam. ‘Allemaal bekenden’. Ik vermoedde al zoiets. Je moet een bezoek aan een vakbeurs goed voorbereiden. Anders verzand je in de vaagheid van je eigen netwerk. Ik had daarom te voren mijn eigen onderzoeksvraag opgesteld: ‘Hoe vaak kom ik het woord oecumene tegen op de beurs?’ 

Ik begaf me in het gewoel rond kerkstoelen.nl, Smash sound en Zwolse kaarsen. Je kon het zo raar niet verzinnen, of het was er. Toch kon ik geen standhouders ontdekken die het woord ‘oecumenisch’ gebruikten om de sales te pushen. Nu had ik gewaarschuwd kunnen zijn, want de beurs had als ondertitel: ‘Katholiek, Protestants, Gereformeerd, Reformatorisch, Evangelisch etc.’. Wij van de oecumene worden verondersteld in dat ‘etc.’ te zitten. En dat beloofde weinig goeds. Ik wijzigde de strategie. Liet het naïeve zoeken zitten. En ging me concentreren op logische bondgenoten. Wellicht de IKON. 

Eenmaal bij de stand gekomen overheerste de teleurstelling. Een enorme plaat van Calvijn sierde de stand. Je kon er zelfs mee op de foto. Alsof dat het toppunt van oecumene is: op de foto met een kartonnen bord van de Geneefse kerkhervormer. ‘Iedereen wil’, verzekerde een jonge vrouw. ‘Oecumenisch? Nee, dat woord hebben we niet. Is interkerkelijk ook goed?’ Ik beet wat zenuwachtig op mijn lippen. ‘Interkerkelijk is meer van deze tijd’, zei ze. ‘Dat je diverse kerken samen neemt, dat is het eigenlijk. Minder vaag dan oecumene’. Ik liep verder. ‘Plaagdierbestrijding’, stond er op een groot bord. Zeker weer iets van een kerkhervormer, dacht ik even. Maar het bleek om een knaagkever-uitroeier te gaan. 

Veel bedrijven gebruiken het woord ‘kerk’ in algemene zin viel me op. ‘Ja, dat is markttechnisch beter’, zei een standhouder, ‘we zijn er in het algemeen voor de kerk. Nee, niet voor de oecumene, dat verkoopt niet. En al helemaal niet voor een specifieke kerk. Alleen de kerk als collectief verkoopt’. Hoe zouden de afzonderlijke kerken het dan doen, dacht ik. En ik spoedde mij naar stands van de weinige kerken die er waren: PKN, RKK en de Gelderse afdeling van het Leger des Heils.  

Een lichte oecumenische touch straalde me tegemoet. De PKN zette een heuse engel in. Toch een beeld met een hoog beneden-de-rivieren-verbeelding, dacht ik. Gevraagd bij de RKK naar de oecumene en men wees trots naar een drietal brochures in het assortiment: iets van Walter Kasper over oecumene, iets van Willebrands en zijn oecumenische betekenis en een folder ‘Maat van de Raad’. 

Uiteindelijk kwam ik bij een koffiejuffrouw. Of ze ook iets van oecumenische mensen merkte. ‘Ja’, zei ze,’die oecono-moeilijk woord- mensen zijn het prettigste. Die nemen al om tien uur koffie. Veel beter dan die mensen, die niet van de oeconomie zijn, die nemen zelf een termoskan mee’. 

KvdK

Op de foto: de stand van de RKK bij de beurs
Vervolgens een foto van de IKON-stand
En tenslotte een foto van de stand van plaagdierbestrijding.