Oecumene VS van onderaf

In de Verenigde Staten doet zich een nieuw oecumenisch fenomeen voor. Evangelische kerken bundelen steeds meer hun bovenplaatselijke organisatie. Op die manier zijn er in de achterliggende drie jaar liefst drieduizend plaatselijke gemeenten met elkaar verbonden.

Het magazine Christianity Today bericht over deze nieuwe trend onder de titel ‘Flip this church’. In 2012 waren er ongeveer 5000 van deze kerkelijke samenwerkingen, in 2015 is dat gestegen tot 8000. Ongeveer vijf miljoen christenen hebben met de ontwikkeling te maken.

De zogenaamde ‘multisite campuses’ bestaan uit kleine onafhankelijke gemeenten die zich in toenemende mate verenigen tot grotere kerkelijke verbanden. Op die manier houden de evangelische kerken het hoofd boven water. De ‘multisite movement’ groeit en staat voor de taak vooral recht te blijven doen aan de kleine gemeenschappen en de mensen naar waarde te schatten en niet simpelweg te waarderen omwille van het onroerend goed wat ze meebrengen in de fusie.

De National Congregation Study heeft geanalyseerd dat de meeste evangelische kerken in de VS klein zijn. Er komen gemiddeld 76 mensen in een weekend. Daarnaast zijn er veel mensen die de grotere kerken bezoeken. Zij ontvangen in een weekend gemiddeld al gauw zo’n 400 mensen. Dit heeft tot gevolg dat de kleine kerken de meeste kerkgebouwen hebben, en de grote kerken hebben de meeste kerkgangers en het meeste geld. Ze kunnen op die manier elkaar goed aanvullen. En dat gebeurt ook in toenemende mate.

Christianity Today (CT) geeft allerlei voorbeelden. Zo heeft de noodlijdende Galilee Baptist Church zich verenigt met de New Life Community in Chicago. Onder de New Life gemeenschap zijn inmiddels zo’n twintig campussen verenigd. Chuck McWherter vertelt in CT: ‘Ons verhaal is een klassiek verhaal van een opleving. Het is één van de beste ontwikkelingen die ik in mijn leven heb meegemaakt’.

Kleine gemeenten krijgen nieuwe mogelijkheden door de fusie, terwijl de grotere gemeenten geen extra kosten hoeven te maken om hun groei door te zetten. Er zijn overigens ook wel gevoeligheden. Men moet daar over en weer rekening houden. ‘Zo’n fusie is een huwelijk en een begrafenis tegelijkertijd’, aldus H.B. Charles, pastor van een kerk in Jacksonville. Hij geeft er leiding aan de Afrikaans-Amerikaanse gemeenschap. Zijn gemeenschap heeft een kerk overgenomen, gelegen op dertig minuten rijden van de centrale locatie. Zo’n overname heeft eindelijk toch tot gevolg dat het karakter van de oorspronkelijke gemeenschap verdwijnt, er ontstaat in dit geval een multi-etnische gemeenschap en dat is voor iedereen wennen.

CT heeft becijferd dat ongeveer één miljard christenen lid is van een kleine gemeente. Negentig procent van de kerkelijke gemeenten wereldwijd heeft minder dan 200 leden. Tachtig procent minder dan 100.

In Nederland speelt het onderwerp eveneens. Migrantenkerken hebben een en andermaal gevraagd om kerkelijke gebouwen van witte kerken te mogen overnemen. Daarnaast is er de suggestie van de Raad van Kerken om in kleine plaatsen convenanten af te sluiten die de onderlinge samenwerking van kerken ter plaatse kunnen stimuleren. In dat laatste geval kan het om combinaties gaan van bijvoorbeeld doopsgezind en protestants maar ook om voor velen nog minder vertrouwde combinaties (althans niet in CT genoemd) als die van protestants en rooms-katholiek.