Oorlog en de klimaatcrisis

Het is zaterdag hier in Karlsruhe, tijd voor excursies. Maar ik ga niet mee, te moe. Want ik ben hier al ruim een week, vanwege een vergadering van de klimaatwerkgroep van de Wereldraad voorafgaand aan de assemblee.

Tot mijn vreugde wordt de klimaatcrisis nogal eens genoemd in de bijeenkomsten hier. Zou het dan eindelijk zover zijn dat de kerken wereldwijd hun ogen openen en actie gaan ondernemen? We zullen zien. Eerst maar eens proberen het woord ‘klimaatcrisis’ in de officiële documenten te krijgen. De jongeren hebben er gistermiddag hun best voor gedaan met een vlammende klimaatbetoging.

Het hoofdthema gisteren was Europa, en oorlog. Natuurlijk ging het over Oekraïne, maar ook over oorlogvoeren in het algemeen. Wij Europeanen dachten na de Tweede Wereldoorlog dat het wel klaar zou zijn. Helaas is niets minder waar gebleken.

Hoe erg dat ook is, er is nog een veel grotere oorlog gaande. En ook daarin heeft Europa een groot aandeel. Wat dacht u van mensen in de Filipijnen die één van hun kinderen als sexobject moeten verkopen in ruil voor voedsel? Want hun land is afgepakt door – óók Europese – bedrijven voor grote monoplantages. Wij willen immers een lekker ruikend shampootje.

Of wat dacht u van Keniaanse gezinnen die huis en haard moeten ontvluchten vanwege extreme droogte, waardoor ze geen water en eten meer hebben? Velen zijn al omgekomen. In Nederland horen we er vrijwel niets over: wij moeten immers braaf blijven consumeren om de zakken van rijke aandeelhouders verder te spekken.

Schaamte

Als u denkt dat ik dit verzin kan ik u uit de droom helpen. Dit zijn getuigenverslagen van deelnemers hier. Zulke directe ontmoetingen en uitwisselingen zijn het mooie, maar ook het bitter confronterende van zo’n assemblee. Ik ben er inmiddels op voorbereid: als witte vrouw uit een rijk land geniet ik van de ontmoetingen, maar loop me steevast ook rot te schamen.

Schaamte over de situatie nu, maar ook schaamte over de situatie vroeger: kolonialisme, slavernij, uitbuiting. We denken wel dat dat achter ons ligt, maar dat is niet zo. Onze welvaart is nog steeds gebaseerd op een in-en-in onrechtvaardig economisch systeem, dat dood en verderf zaait onder mensen, dieren en de natuur, onder andere door klimaatverandering. Dát bedoel ik met ‘die andere oorlog’.

Want een oorlog is het. De slachtoffers – in het Zuiden, maar ook in ons eigen land – pikken het namelijk niet meer. Ze staan op en eisen gerechtigheid. Als rijke christenen zijn we geroepen naar hen te luisteren, luisteren en nog eens luisteren. Hopelijk verwerven we daardoor voldoende inzicht om door het onontkoombare proces van schaamte heen te gaan. Dat moet, er is geen andere weg. Alleen dan kunnen we ruimte vinden om te leren delen en de dingen anders te organiseren. Namelijk inclusief: gericht op het welzijn van allen en de natuur in den brede, in plaats van op de portemonnee van enkelen.

Samenwerking vereist

Voordat het zover is zullen er nog heel wat slachtoffers vallen. Ook al omdat er geen schot zit in de klimaatonderhandelingen van de Verenigde Naties. Een paar jaar geleden leek het erop dat internationale samenwerking bovenaan de agenda van de wereldpolitiek stond. Alsof men eindelijk inzag dat de grote problemen van deze tijd alleen gezamenlijk aangepakt kunnen worden. Maar inmiddels zitten we met diverse spanningen (China-VS) en oorlogen (Rusland-Oekraïne/het Westen) waardoor de internationale samenwerking onder grote druk komt te staan. En dat kunnen we ons simpelweg niet permitteren. We hebben nog maar een paar jaar de tijd om de klimaatcrisis enigszins om te buigen. Samenwerking is daarvoor een absolute vereiste.

Des te meer reden voor de christelijke wereldgemeenschap, en andere wereldreligies, om oorlogvoeren in welke vorm dan ook scherp te veroordelen en zich tot het uiterste in te spannen dat te voorkomen. Door diplomatie, en door zich uit te spreken tegen investeringen in wapentuig en -handel; zich uit te spreken tegen een financieel/economisch systeem dat enkelen astronomisch verrijkt en tegelijk velen de dood injaagt of in armoede en ellende stort; zich uit te spreken tegen een mentaliteit die onze aarde als bezit ziet en haar gaandeweg vernietigt. En bovenal zich daarnaar te gedragen.

Wij christenen menen dat we morele autoriteit bezitten. Dat geldt zeker voor veel kerkleiders die hier rondlopen. Of dat werkelijk zo is zal wat mij betreft onder meer moeten blijken uit de uitkomst van deze assemblee. Echt overtuigd zal ik pas zijn als de christelijke gemeenschap voorbij papierwerk, theorie en theologie daadwerkelijk in actie komt.

Niet voor niets ben ik doopsgezind: ‘daden gaan woorden te boven’!

Marijke van Duin

Doopsgezinde broederschap, adviseur in Karlsruhe
Lid klimaatwerkgroep Wereldraad van Kerken

Foto: Gjermund Øystese/WCC