Tradities van de Paasweek in de Koptisch Orthodoxe Kerk

Christus is verrezen – een korte beschouwing over de tradities van de Paasweek in de Koptisch Orthodoxe Traditie.

In de Orthodoxe Traditie wordt het feest van de Verrijzenis ook wel het feest der feesten genoemd. Het is het feest van de ultieme overwinning van de Heer, waarbij Hij de dood heeft overwonnen en ons laat deelnemen in deze overwinning. Met het kruis ontvangt de mensheid vergeving van zonden en met de Verrijzenis ontvangen wij vernieuwing, eeuwig leven en de is de macht van de dood overwonnen. Het kruis en de Verrijzenis kunnen in die zin niet los van elkaar gezien worden. Wij noemen in onze hymnen dan ook de twee in een adem wanneer wij zingen: “Door Zijn Kruis en Zijn Heilige Verrijzenis, bracht Hij de mens weer terug naar het Paradijs.”

In de riten van onze kerk wordt veel aandacht besteed aan de Paasweek en daarin is veel symboliek te vinden die het belang van deze heilige dagen benadrukt. De paasweek wordt ook wel het Pascha (“passover) genoemd, verwijzend naar het oversteken van het volk van Israël onder leiding van Mozes de profeet. Dit verhaal van redding taat centraal in de Pascha week vanwege de rijke betekenissen en de relevantie daarvan voor het verhaal van de verlossing.

In de Pascha week zijn er dagelijks gebeden, geconcentreerd in twee diensten (in de ochtend en de avond), waarin wij per dag alle gebeurtenissen uit het leven van Christus meebeleven, in het licht van de vele profetieën uit het Oude Testament en de vele verwijzingen naar het verlossend werk van Christus.

Op Witte Donderdag en Goede Vrijdag beleven we deze gebeurtenissen van uur tot uur, vanuit alle 4 de Evangelies. De climax van deze dagen is het zesde uur van Goede Vrijdag, waarin wij aan de voeten van Christus staan, onderaan het kruis, en vol verwondering kijken hoe groot de liefde van God  voor ons is.

Wij herinneren ons de bevrijding van het volk van Israël die gebonden waren in bittere slavernij onder het juk van Farao. De voorhangsels in de kerk zijn zwart van kleur en de hymnen sober; een symbool van de staat van de mensheid voordat de verlossing kwam, een staat van geestelijke slavernij. Wij hadden, net als het volk van Israël, een Verlosser nodig die ons zou bevrijden uit de macht van de tiran (de duivel), de zonde en de dood.

Er zijn hier vele elementen die refereren naar Christus: uiteraard het lam dat geslacht moest worden, want zonder het vergieten van het bloed van het lam konden de mensen niet gered worden van de laatste plaag. Zo konden wij ook niet gered worden zonder het vergieten van het goddelijk bloed van Christus. Het lam werd tot de vierde dag bewaard en dan pas geslacht. Op dezelfde wijze is er ook tussen Palmzondag en Witte Donderdag geen mis, en dus ook geen sacrament van de communie. Pas op Witte Donderdag herdenken wij weer het laatste avondmaal door zelf de communie te vieren. Want ook ons paaslam is geslacht: Christus (1Kor 5:7).

De staf van Mozes waarmee hij de zee in twee heeft gespleten verwijst naar het kruis, het middel waarmee Christus gekozen heeft te sterven voor onze redding. En hoe kon het ook anders? Met het kruis verbindt Christus de aarde met de hemel, doordat Hij in de hoogte hing en daarmee verzoening bracht tussen hemel en aarde. Op het kruis opent Christus zijn armen om een ieder uit te nodigen nader te komen tot de Goddelijke liefde.

Net zoals het volk van Israël in de tijd van Mozes de zee overstak naar het beloofde land, zo steken wij ook over van dood naar leven, van slavernij naar bevrijding, van verdriet naar vreugde en van nederlaag tot overwinning. Tijdens de stille zaterdag (de overgang van Goede Vrijdag naar Pasen) vindt deze oversteek plaats. Wij houden een nachtwake en lezen uit de vele verhalen in de bijbel waarin er een overgang is van dood naar leven, van zonde naar bekering en verdriet naar vreugde. Wij beginnen met Psalm 151 (uit de deuterocanonieke boeken), waarin David terugblikt op zijn overwinning op Goliath. Zo vertelt David hoe hij Goliath doodde met zijn eigen zwaard en zo de smaad ophief van zijn volk. Op dezelfde wijze heeft Christus de duivel onttroond door zijn eigen wapen tegen hem te gebruiken (de dood). En zo heeft Christus ons bevrijd van de smaad en ons eeuwige roem gegeven. Daarom is het themalied van de Vijftig dagen na Pasen ook als volgt: “Christus is verrezen uit de dood, Hij vertrapte de dood door Zijn dood en schonk het leven aan hen die in de graven lagen.“

Wij herinneren ons deze nacht ook bijvoorbeeld de drie jonge mannen die in het vuur waren geworpen in Babel, maar ook de profeet Jona, het verhaal van Susanna, Hanna de moeder van Samuël, koning Manasse. Wij zingen samen met Mozes en het volk van Israël het overwinningslied uit Exodus 15. De melodie van de hymnen is deels vreugdevol en deels sober, omdat wij ons nog in een overgang bevinden.

In de avond van het Paasfeest zelf zijn de voorhangsels in de kerk veranderd naar een witte kleur, symbool van vernieuwing en zuiverheid. Het voorhangsel wordt gesloten, de lichten gaan uit en de diaken zingt “Christus is Verrezen”, waarop de priester antwoordt “Hij is waarlijk verrezen”. De lichten worden ontstoken en het voorhangsel gaat open als teken dat de poort van het paradijs is geopend en het licht van de verlossing heeft geschenen in de wereld. Dan wordt een processie gehouden door de hele kerk met het icoon van de Verrijzenis, kaarsen en kruizen met vaandels: een teken van overwinning, de overwinning waarin wij delen met Christus. De hymnen zijn vanaf nu gedurende de 50 dagen tot Pinksteren vreugdevol, omdat de Verrijzenis ons bovenal hoop en vreugde heeft gegeven.

Deze hoop, innerlijke vreugde en vrede van Christus zijn in deze dagen meer dan ooit nodig. Waar eerst wanhoop en verdriet overheersten in de harten van de discipelen en de Maria’s, is dit volledig weggevaagd door de goede boodschap van de Verrijzenis van de Heer. In de ogen van de mensen destijds, was het onmogelijk voor de Heer om na Zijn weer te verrijzen. Het was onmogelijk voor de vrouwen die ’s morgens vroeg naar het graf gingen om de rots af te wentelen, om het lichaam van de Heer te balsemen. Als er één les is die we kunnen leren uit de Bijbel, en uit het verhaal van de Verrijzenis in het bijzonder dan is het wel deze: niets is onmogelijk bij de Heer. Waar duisternis, zonde, onvrede, wanhoop en angst heerst is de enige oplossing het Licht van Christus, de boodschap van hoop; de hoop van de Verrijzenis.